Uitgangspunten
Alle leden vormen gezamenlijk de Zwolsche Roei- en Zeilvereeniging (hierna: de vereniging). Ieder lid moet plezier kunnen beleven aan of binnen de vereniging.
De vereniging heeft een nieuw gebouw en een mooie vloot. Dat gebouw en die vloot zijn gezamenlijk bezit van alle leden en die leden gebruiken gebouw en vloot daarom zorgvuldig. Deze huisregels geven als ondergrens aan hoe dat gebeurt.
1. Veiligheid
Ieder wil veilig zijn watersport kunnen bedrijven. Om die veiligheid te bevorderen dragen roeiers lichte of felgekleurde kleding en varen zij langs de stuurboordoever van de vaarweg. Zeilers dragen een zwemvest tijdens de lessen en de zeiluitjes en bovendien als ze ‘twee delen zeilpak’ dragen, bijvoorbeeld een jas en laarzen of een jas en een regen- of zeilbroek. Ieder die lid wil worden van de vereniging dient te kunnen zwemmen.
2. Verantwoordelijkheid van de leden
De leden nemen zelf verantwoordelijkheid voor zover deze huisregels of andere reglementen daarin niet voorzien. Zij spreken elkaar op positieve manier aan en bieden anderen uitleg of assistentie, zoals bij het in of uit het water brengen van boten.
3. Definities
In deze huisregels is sprake van de volgende zaken: Wetenswaardigheden: een verenigingsdocument met informatie over o.a. techniek, exameneisen, bevoegdheden en materiaalgebruik. Reserveringssysteem: een systeem waarin leden boten voor gebruik reserveren. Vergoedingsreglement inschrijf- en boottransportkosten: de vastgelegde afspraken voor inschrijf- en boottransportkosten door de vereniging.
4. Contributie- en entreegelden, verstrekking statuten, huisregels etc.
a. Nieuwe leden betalen entreegeld naast contributie voor het eerste jaar van hun lidmaatschap. Verschuldigd entreegeld is niet voor restitutie of compensatie vatbaar.
b. Het bestuur stelt de statuten, het huishoudelijk reglement en de Wetens- waardigheden beschikbaar in digitale vorm.
5. Toegang tot en gebruik van het gebouw
a. De leden zorgen ervoor dat de toegangspoort en het kleine hek zoveel mogelijk zijn afgesloten, om de veiligheid van hun eigen en van andermans zaken te bevorderen.
b. Leden ontvangen desgewenst een pasje voor toegang tot terrein en gebouw. De pasjes zijn verkrijgbaar bij het bestuur tegen betaling van een door het bestuur vast te stellen borgsom.
c. Leden doen waar nodig lichten uit en sluiten ramen en deuren. De laatst vertrekkende leden sluiten het gebouw af.
d. Juniorleden jonger dan 16 jaar zijn alleen onder toezicht van een seniorlid aanwezig in het gebouw of op het terrein.
6. Reserveren van boten
a. Leden roeien, sturen of zeilen zelfstandig in het type boot, waarvoor ze door de examencommissie of een beoordelingsgemachtigde bevoegd zijn verklaard. Zij
houden zich daarbij aan de aanwijzingen die voor de betreffende boot gelden en aan de reserveringsperiode. Voor het roeien in skiffs en tweemansboten geldt dat de bemanning in zijn geheel over de vereiste bevoegdheid moet beschikken. Voor het roeien in vieren en achten moet driekwart van de bemanning over de vereiste bevoegdheid beschikken. Voor gestuurde boten geldt dat de stuur de vereiste bevoegdheid, te weten Stuur 1 of Groot Stuur, heeft om betreffende boot te sturen
b. Leden reserveren boten door inschrijving in het reserveringssysteem. Een boot kan vanaf maximaal 72 uur voor het einde van de reserveringstermijn worden gereserveerd.
c. Roeiboten worden voor een gebruiksduur van maximaal 2 uur gereserveerd. Een langere reserveringsduur is alleen mogelijk met toestemming van een lid van het algemeen bestuur.
d. Elke reservering vervalt indien de ploeg niet binnen vijftien minuten na de aanvang van de gereserveerde periode is afgevaren.
e. Het bestuur kan bijzondere reserveringsbevoegdheden verlenen t.b.v. het roeien of zeilen door groepen, voor cursussen, evenementen en dergelijke.
f. Een bemanning kan een zeilboot reserveren voor ten hoogste een halve dag. Een lid van het algemeen bestuur kan toestemming verlenen voor een langere reserveringsduur.
g. Leden reserveren roeiboten op zaterdag en zondag van eind maart tot eind oktober tot of vanaf 10.30u. Vanaf eind oktober tot eind maart reserveren leden roeiboten tot of vanaf 11.00u
7. Gebruik van boten
a. Leden roeien of zeilen zelfstandig in het type boot, waarvoor ze door de examencommissie of een beoordelingsgemachtigde bevoegd zijn verklaard. Zij houden zich daarbij aan de aanwijzingen die voor de betreffende boot gelden en aan de reserveringsperiode.
b. Junioren jonger dan 16 jaar roeien alleen onder toezicht van een seniorlid, instructeur of coach in een boot van de vereniging.
c. Leden volgen de aanwijzingen op van hun instructeur of coach.
d. Alleen met toestemming van de materiaalcommissaris worden afstellingen van
boten veranderd.
e. Leden laten boten uitsluitend ongebruikt aan het vlot liggen als een andere ploeg op het vlot te kennen geeft de verantwoordelijkheid voor die boot over te nemen. Een aansluitende reservering in het reserveringssysteem vormt geen aanleiding een boot ongebruikt aan het vlot te laten liggen.
f. Leden gebruiken gladde roeiboten uitsluitend met een volledige bemanning.
g. Bij in en uit het water brengen van roeiboten voorkomen roeiers valpartijen over op het vlot slingerende riemen door de riemen in de riemenrekjes te leggen voordat de
boot in het water resp. op de schragen wordt getild. h. Gebruik van een zijde van een vlot kan gereserveerd zijn voor zeilers. Die zijde wordt
aangegeven met een rode vlag aan het eind van het vlot.
8. Toewijzing boten voor wedstrijden en evenementen
a. De wedstrijdcommissaris wijst boten toe waarin leden van de vereniging starten tijdens nationale roeiwedstrijden of tijdens roei-ontmoetingen met wedstrijdkarakter. Hij pleegt daartoe overleg met de materiaalcommissaris en met de betrokken leden en/of hun coaches.
b. De wedstrijdcommissaris bepaalt jaarlijks de toewijzingscriteria in overleg met de coaches en maakt die criteria bekend in januari.
c. Geschillen rond boottoewijzingen, die niet in goed overleg kunnen worden opgelost, zullen worden voorgelegd aan een geschillencommissie conform artikel 10 van de
statuten.
d. De materiaalcommissaris wijst de boten toe voor overige roei-evenementen.
e. De zeilcommissaris wijst zeilboten toe.
9. Deelname aan wedstrijden en evenementen
a. Leden nemen alleen namens de vereniging deel aan die wedstrijden of evenementen die worden gehouden onder goedkeuring van bond(en) waarbij de vereniging direct of indirect is aangesloten, of die waarvoor toestemming is verkregen van het algemeen bestuur.
b. Inschrijving voor deelneming aan wedstrijden of evenementen kan alleen gedaan worden door het algemeen bestuur of door een door het algemeen bestuur aan te wijzen persoon.
c. Indien een voor een wedstrijd of evenement ingeschreven lid -zonder opgave van dringende redenen – niet of niet tijdig aan de start verschijnt en deelneming aan de wedstrijd of evenement daardoor niet plaatsvindt, is dit lid verplicht de door de vereniging gemaakte kosten aan de vereniging te vergoeden.
d. In het vergoedingsreglement inschrijf- en boottransportkosten staat vermeld welke van deze kosten door de vereniging worden vergoed.
10. Bootgebruik door sociëteitsleden en introducés
a. Sociëteitsleden mogen maximaal vijf maal per verenigingsjaar gebruik maken van een boot van de vereniging.
b. Ieder lid mag niet-leden introduceren ter kennismaking met de roei- of zeilsport en/of de vereniging. Het lid overlegt over de introductie met een lid van het algemeen bestuur.
c. De introducé kan maximaal driemaal gebruik maken van een vaartuig. Het introducerende lid begeleidt hem daarbij.
11. Toewijzing botenwagen
De toewijzing van de botenwagen verloopt analoog aan de wijze zoals is omschreven onder 8. Toewijzing boten voor wedstrijden en evenementen.
12. Vaarverboden
a. Onverlet de eigen verantwoordelijkheid van de leden wordt bij de vereniging niet geroeid of gezeild:
bij een buitentemperatuur lager dan 0°C; bij drijfijs op de kolk of het Zwarte Water; bij windkracht 6 Beaufort of hoger; indien bij mist de ingang van de kolk vanaf het vlot niet zichtbaar is; bij onweer; tussen zonsondergang en zonsopgang, tenzij met toestemming van een lid van het algemeen bestuur; in geval van vaarverbod ingesteld door een lid van het algemeen bestuur.
b. Er wordt niet gezeild met boten van de vereniging buiten het door het algemeen bestuur te bepalen zeilseizoen.
13. Schade en verlies
a. Leden melden opgelopen en/of veroorzaakte schade aan boten zo spoedig mogelijk via het reserveringssysteem.
b. Leden melden schade aan andere verenigingseigendommen aan een lid van het algemeen bestuur.
c. Het hiervoor bepaalde geldt ook bij verlies, voor zover van toepassing.
d. Leden zijn te allen tijde aansprakelijk voor door hen veroorzaakte schade aan of verlies van verenigingseigendom, onverlet de eventuele verzekering van de vereniging tegen schade of verlies.
14. Stalling van vaartuigen, geen eigendom van de vereniging
a. Boten die geen eigendom van de vereniging zijn kunnen in of bij de botenloods worden gelegd, indien het algemeen bestuur daartoe een schriftelijke overeenkomst is aangegaan met de eigenaar. De eigenaar betaalt liggeld voor de stalling. De algemene ledenvergadering bepaalt de hoogte van het liggeld.
b. De eigenaar houdt zich t.a.v het bootgebruik aan de huisregels van de vereniging.
c. Het algemeen bestuur kan ontheffing verlenen van het bepaalde onder a., voor zover het gaat om boten die eigendom zijn van gasten van de vereniging, en die voor
hooguit zeven dagen in of bij de botenloods gelegd worden.
d. Leden kunnen boten als bedoeld onder a. uitsluitend gebruiken met toestemming
van de eigenaar. Het algemeen bestuur kan de eigenaar van dergelijke boten ontheffing verlenen van de verplichting om liggeld te betalen.
15. Ontruimingsbevoegdheid
a. Het algemeen bestuur is bevoegd om alle zich zonder zijn toestemming op het terrein en in de gebouwen bevindende roerende zaken te verwijderen, ongeacht van wie deze zaken zijn.
b. Door het algemeen bestuur verwijderde zaken zullen elders worden opgeslagen en zijn bij het algemeen bestuur terug te krijgen tegen betaling van de kosten voor ontruiming en opslag.
c. De vereniging is niet aansprakelijk voor schade, verlies en/of diefstal ontstaan door ontruiming en/of opslag.
d. Dertig dagen na publicatie van het voornemen tot verkoop of vernietiging van de onder a. bedoelde roerende zaken op de website van de vereniging heeft het algemeen bestuur het recht de bedoelde zaken te verkopen dan wel te vernietigen. Een eventuele bate zal ten goede komen aan de vereniging.
16. Tuchtmaatregelen
a. Een tuchtrechtelijke boete die het algemeen bestuur kan opleggen op grond van artikel 9, tweede lid, onder b van de statuten bedraagt ten hoogste tweehonderdvijftig euro (€ 250,-). Het algemeen bestuur kan een boete vervangen door de verplichting om werkzaamheden te verrichten ten behoeve van de vereniging.
b. Een schorsing als bedoeld in artikel 9, tweede lid, onder e van de statuten kan worden opgelegd voor een periode van ten hoogste drie maanden.
17. Vrijwilligerswerk
a. Leden verrichten vrijwilligerswerk voor de vereniging, zoals bijv. werkacties en bardiensten. Het algemeen bestuur publiceert werkacties tijdig op de website. Voor de bardiensten worden leden ingeroosterd.
b. Om te kunnen deelnemen aan vervolgcursussen kan de kandidaat-cursist aantonen dat hij vrijwilligerswerk heeft gedaan.
c. Het algemeen bestuur kan ontheffing verlenen van de verplichtingen als genoemd onder a. en b.